Verwarmend voedsel

Binnen de Chinese diëtiek is verwarmend voedsel Yang van aard en hebben een activerend effect. Het beweegt energie vanuit de kern naar boven en naar buiten. Het verwarmt ons van binnen uit. Heel heet voedsel zoals pepers verhitten ons intern maar verkoelen ons direct daarna door transpiratie.

Voedingsmiddelen die op droge plaatsen groeien en gedroogd voedsel heeft lichte en verwarmende eigenschappen. Ook die langer de tijd nemen om te groeien.

Wortelgroenten, kolen zoals boerenkool, spruitjes, knoflook, prei en lente uitjes zijn voorbeelden van verwarmende groenten. Denk ook aan zwarte bonen, aduki bonen en linzen en kruiden als gember, kaneel, basilicum, rozemarijn, bieslook, dille, anijs, venkel en komijn, en cayenne peper. En ook mosterd, cacaobonen en walnoten zijn verwarmend. Verwarmende vruchten zijn o.a. abrikozen, kersen, dadels, vijgen, lychees en mango’s. Maar ook gedroogd fruit valt onder deze categorie. Gerst en boekweit werken verwarmend en verhogen de vitaliteit. Het eten van havermout, spelt en quinoa wordt in de winter aangeraden.

 

* Over de thermische eigenschap van sommige voedingsmiddelen lopen de meningen weleens uiteen. Ik ben hierbij uitgegaan van wat Daverick Leggett stelt in zijn boek Helping ourselves.